Pagina's

woensdag 31 augustus 2011

Virtualisatie tips

Kies de juiste virtualisatiehardware


Virtualisatie is gemakkelijk te verkopen. Wie wil er nu niet zijn verzameling licht belaste servers veranderen in een zoemende kleine virtuele serverfarm waarbij je met een muisklik virtuele machines in of uit kunt schakelen? Het best bewaarde geheim van virtualisatie is dat je voor een maximale effectiviteit goed zult moeten kijken naar een juiste infrastructuur die past bij je doelstellingen.
Of je nu op zoek bent naar een enkele host server of een volledig virtuele infrastructuur wenst, een paar voorschriften maken dat je nooit meer koopt dan je eigenlijk nodig hebt.
Lees ook:Virtualisatie: nu ook voor apps en databases
Potentieel virtualisatie onvoldoende benut
12 Mythes rond virtualisatie ontrafeld

Hoe meer cores, hoe beter


Zet gedachten om in Plaatjes - Presentatie

Sketches

5 Tips voor bouwen Private Cloud

5 adviezen bij de bouw van private clouds


Dus jij denkt erover een private cloud te bouwen? Het klinkt aantrekkelijk, aangezien iedere leverancier waarmee je zaken doet zich ook op het pad richting de cloud heeft begeven.
Toch is de weg naar een goed ontworpen private cloud een lastige. Er wordt veel verkeerde en misleidende informatie verstrekt, dus misschien heb je iets aan deze vijf adviezen die ik voor je in petto heb.

Minimalistisch werken

Meer bereiken door het simpel te houden
Ik schreef eerder al hoe je productiever kunt worden door minder te doen. Meer is meestal niet beter. Slimmer is beter.
Door je werk eenvoudiger, eleganter en minimalistischer te maken word je niet alleen productiever maar ook een stuk gelukkiger. Je werk wordt simpel te begrijpen, je houdt het overzicht vast en je houdt controle.
En hoewel het natuurlijk onmogelijk is om de onderstaande tips volledig toe te passen op iedere werkplek, kun je ze als leidraad gebruiken bij het vereenvoudigen van je werk. Want iedere stap richting meer eenvoud maakt je werk minder stressverhogend!

dinsdag 23 augustus 2011

Innovatie zit in kleine dingen

Innovatie zit in de kleine dingen'

Dell staat te boek als slechts computerassembleerder die andermans tech goed gebruikt en zelf weinig bijdraagt. Maar innovatie is relatief én tegenwoordig anders, werpt de Chief Innovation Officer van Dell tegen. En dat geldt voor alle bedrijven.

Bouwen van een Bedrijfs APP

Hoe bouw je een zakelijke app?

Veel bedrijven willen een eigen app voor de populaire iPhone. Maar hoe pak je zoiets aan?
Een iPhone app met een verschrikkelijke gebruikservaring kan uitdraaien op een ramp voor de IT-manager. "Het is heel erg moeilijk om gebruikers tevreden te stellen", zegt Quinton Alsbury, mede-oprichter van ontwikkelaar Mellmo. "Als iets voor een gebruiker te lang duurt, bergt hij of zij de telefoon weer op in zijn jas- of broekzak.

Handige Windows Tools

5 gratis verdraaid handige Microsoft tools


Eigenlijk is het een treurig verhaal: de onlangs nog opgeleukte download portal van Microsoft bevat letterlijk tienduizenden programma's, maar buiten enkele bekende grote namen (zoals de Sysinternals tools van Mark Russinovich) krijgen ze nauwelijks de aandacht die ze verdienen. Toch zitten er echt juweeltjes verstopt tussen de duizenden whitepapers, beveiligingsupdates en een beerput aan PowerPoint presentaties.

Samenwerken


Op alle onderwijsinstellingen is de afgelopen jaren het belang van samenwerken toegenomen. De klassieke onderwijsvorm van de pratende leraar en de schrijvende leerling bestaat nog maar daarnaast moet je vaak in groepen, groepjes, duo’s opdrachten maken. Op de basisschool begint het al met schoudermaatjes (naast je), tafelgroepjes en duo’s die elkaar helpen en dat loopt door tot de hoogste onderwijsvormen. Die samenwerking brengt wél vragen met zich mee: hoe kies je degene(n) met wie je samenwerkt? Op de basisschool heeft de leerkracht daar ideeën bij maar later kies je vaak zelf je team. Die keuze is niet zonder belang want in samenwerking ben je afhankelijk van anderen.
Kies in samenwerking niet voor vrienden en ook niet voor degenen die toevallig in de buurt wonen maar maak het eerst lastiger: kies voor aanvullende en potentieel irriterende kwaliteiten.

Opposites attract?

In zijn boek Bezieling en kwaliteit in organisaties presenteert Daniël Ofman (site) het inmiddels beroemde kernkwadanten. Als je weet wat jouw kernkwaliteiten zijn, kun je daaruit conclusies trekken voor de samenwerking. Degenen die een heel andere kernkwaliteit hebben en daarin wat uitgesproken zijn, kunnen je makkelijk irriteren. Stel dat je daadkrachtig bent, dan kan iemand die zeer bedachtzaam is op momenten bij jou irritatie opwekken. En omgekeerd kun jij de bedachtzame persoon irriteren met je soms wat te grote doortastendheid. Tegelijkertijd is de samenwerking tussen iemand die doortastend is en iemand die bedachtzaam is -op papier- ideaal: beide kwaliteiten zijn nodig voor een goed eindresultaat én al samenwerkend leer je bedachtzamer dan wel doortastender te worden. Maar als één van beiden de kwaliteit iets te sterk aanzet, dan komen er potentieel irritaties.
Als je het kernkwadrant invult, begin je met
  • je eigen kernkwaliteit om vervolgens de andere drie hoeken in te vullen. Gebruik de vragen in het plaatje hieronder om het vakje in te vullen.
  • Je valkuil is dat wat er gebeurt als je je eigen kwaliteit, bijvoorbeeld onder druk, te sterk inzet. Tegenover jouw kernkwaliteit staat jouw allergie.
  • De allergie is een eigenschap die jou irriteert.
  • De kernkwaliteit achter de allergie is voor jou de uitdaging. Het mooie van het model van Ofman is dat je vanuit de allergie moet terugredeneren naar een kernkwaliteit van de ander. Stel, je bent erg gewetensvol en irriteert je aan iemand die opportunistisch is. Om het kernkwadrant af te maken, moet je nagaan wat de kernkwaliteit achter opportunisme is. Wat is, in de kern, goed aan opportunisme? Wat krijg je als je het te sterke aangezette gedrag terugbrengt tot wat er in wezen goed aan is. Bij opportunisme kan dat pragmatiek zijn. Iemand die in staat is nuchter te kijken naar wat mogelijk is en zich daar naar kan voegen.





































(afbeelding van 123management)
Dus:
  • Ga bij samenwerking niet voor de makkelijke weg: met mensen die sterk op je lijken is samenwerken waarschijnlijk makkelijker
  • Ken je eigen kernkwaliteit. Bij het boek van Ofman zijn kaartjes beschikbaar die je kunnen helpen op de juiste woorden te komen. Vraag ook feedback van anderen hierover
  • Leer te herkennen wanneer je die kwaliteit te sterk aanzet (doortastend wordt onbezonnen; bedachtzaam zijn wordt te grote twijfel)
  • Zoek in samenwerking naar iemand met aanvullende kwaliteiten
  • Ga na in welke fase van een project welke kwaliteit het nuttigst is. Tegen de deadline zal daadkracht belangrijker zijn, dan bij het definiëren van een probleemstelling. Bij het verkrijgen van middelen voor een project is diplomatie belangrijker dan analytische vermogens.
  • Op het moment dat er spanning in de samenwerking is, bespreek die met de kernkwaliteiten in gedachte (zet iemand zijn kwaliteit te sterk aan, waardoor er een vervorming is?)

Teams

Over teams en samenwerking is een wereld aan literatuur maar een veel geciteerde is nog altijd deteamrollen van Meredith Belbin. Na een grootschalig onderzoek heeft Belbin een aantal teamrollen vastgesteld die allen tesamen zorgen voor het ideale team. De teams die al deze rollen in zich hebben, scoren beter dan teams die eenzijdiger zijn samengesteld. Uiteraard geldt ook hier weer voor dat de verschillen potentieel spanning oproepen en dus niet vanzelf tot die goede samenwerking leiden. Immers, de creatieveling die makkelijk ideeën genereert (plant) zal op momenten de kranige doener die wil aanpakken (bedrijfsman) op de zenuwen werken. Daarnaast is voor een project waarin iets concreets gebouwd of gemaakt moet worden een andere verdeling en aanwezigheid van die rollen nodig, dan in een theoretisch onderzoek dat sterk conceptueel is.
De acht teamrollen komen voort uit vier krachten, die alle nodig zijn om tot een goede samenwerking te komen:
  • denkkracht
  • daadkracht
  • wilskracht
  • gevoel
Daarbij is er binnen elke kracht een variant die individueel is en een die collectief is. Zo is de denkkracht van de monitor een sterk individuele. De monitor analyseert, controleert en denkt na wat vooral individueel werken is. De collectieve denkkracht komt bij de plant tot uiting: brainstormen, ideeën aandragen, onverwachte combinaties maken.
  • plant (denkkracht, individueel): een creatieve denker, die oplossingen genereert, combinaties maakt, verrassende associaties heeft en die ook makkelijk in gesprekken inbrengt. Sterk bij de start van projecten, nodig bij impasses maar tegen het eind kan het genereren van nieuwe ideeën in de weg staan van concrete stappen en momentum
  • monitor (denkkracht, individueel): denkt, puzzelt, checkt, ziet fouten, laat zich niet meeslepen maar blijft nauwkeurig kijken. Nuttig op momenten dat accuratesse en kritisch denken nodig zijn maar kan remmen op enthousiasme en spirit en kan ook kapotanalyseren
  • bedrijfsman (daadkracht, collectief): een doortastende aanpakker, die met energie zaken realiseert. Kan organiseren en uitvoeren, heeft emoties in de hand en zorgt dat zaken afkomen. Sterk na de denkfase om het bedachte naar acties om te zetten. Kan daar ook wat te snel op aandringen en op een gegeven moment de denkkracht-rollen wat in de weg zitten
  • brononderzoeker (daadkracht, individueel): sterk extern gerichte kracht die op zoek gaat naar sponsors, contacten, informatie. Kan met flair contacten leggen en verbindingen buiten het project maken en door zijn contacten zorgen voor versnelling. Moet soms bij het project gehouden worden en kan vooral met een boodschap op pad gestuurd worden
  • vormer (wilskracht, individueel): sterke denker die weet wat hij (m/v) wil en er goed in is daar in zijn zin te krijgen. De vormer is niet bang voor discussies en roept ze makkelijk op. De vormer zorgt voor kleur in het denken en durft risico’s te nemen. Kan wel spanningen oproepen in het team
  • voorzitter (wilskracht, collectief): weet vooral iedereen tot zijn recht te laten komen en de kwaliteit van de samenwerking te bewaken. Met een goed oog voor de procedures, deadlines, mijlpaalmomenten én aandacht voor ieders inbreng koerst hij het project op zijn doel af. Is niet altijd sterk inhoudelijk verbonden en kan teveel oog voor procedures hebben
  • zorgdrager (gevoel, individueel): een gewetensvolle afmaker, die een zeker neiging tot perfectionisme heeft. Voelt sfeer en heeft een gevoel voor orde. Maakt af waar hij aan begint en kan niet goed aanzien als anderen (bedrijfsman) zich tot de grote lijn beperken. Niet sterk aanwezig maar meer achter de schermen actief.
  • groepswerker (gevoel, collectief): stimuleert en bewaakt de samenwerking, relaties en sfeer. Ziet waar het goed gaat en steunt maar kan ook adresseren waar iemand iets tekort komt, kan goed luisteren.
Na later onderzoek heeft Belbin een negende rol toegevoegd: de specialist. De specialist is, zoals het woord al zegt, iemand die zeer deskundig is en op zijn terrein veel waarde toe kan voegen. De specialist is wat solistisch ingesteld en zal zich niet snel buiten zijn terrein begeven.































(afbeelding van …)
Dus:
  • Wat is jouw voornaamste rol in teams en samenwerking?
  • Waar moet je op letten in verband met  jouw rol? (Bijvoorbeeld als vormer niet drammerig worden of als bedrijfsman niet te snel onrustig worden als er gediscussieerd wordt)
  • Welke krachten heb je minder?
  • Wat voor een team is nodig voor de opdracht die je gaat doen?
  • Welke rollen heb je dus nodig? Wie hebben die rol in huis? Leg contact.
  • Mocht de samenwerking niet goed lopen, is dat door de rollen te verklaren? Bijvoorbeeld een plant die daags voor de deadline allerlei nieuwe ideeën heeft of een monitor die teamleden met voortdurend kritisch denken begint af te remmen? Bespreek dat.
Niet iedereen past zonder meer in één hokje en de rollen zijn wellicht wat eenzijdig maar zo een indeling in rollen helpt je gestructureerd naar samenwerking te kijken.

Verder …

  • In zijn boek De vijf frustraties van teamwork beschrijft Patrick Lencioni wat er zoal lastig kan zijn in samenwerken. Hij noemt afwezigheid van vertrouwen, angst voor conflict, geen commitment, vermijden van aansprakelijkheid, geen aandacht voor resultaten.
  • In Projectmatig creëren van Bos ea, een artikelenbundel over projectmatig werken, staat een aantal stappen voor samenwerking: zij, ik, wij en het (pdf). “Zij” staat voor voor wie doe je het. “Ik” voor je persoonlijk commitment. “Wij” voor de samenwerking. “Het” voor de structuur van de samenwerking, procedures et cetera. De stelling van de auteur is dat je van zij naar ik naar wij en dan naar het gaat om een optimale samenwerking te krijgen. Dus geen individueel commitment (Ik) dan kom je niet eens aan samenwerking toe.
  • In Het groot psychologisch modellenboek van Van der Horst ea vind je een groot aantal modellen beknopt toegelicht. Daarin staan ook voor samenwerking nuttige modellen.

Kortom, maak samenwerking interessant door aanvullende kwaliteiten te zoeken en wees er beducht op dat die samenwerking misschien spannender is maar zeker lonend. Gebruik de kernkwaliteiten of teamrollen om als samenwerking niet zo goed loopt uit te zoeken wat er aan schort.
Helpt dit jou om groepsopdrachten anders aan te pakken?
(foto van Lorenia op Flickr)

Arjan Broere

Arjan Broere
Slimmer werken is een reeks inzichten en methodes die helpen om echt het verschil te maken en dat op een ontspannen, effectieve manier te doen. Ik train, coach, adviseer graag rond dat thema met het idee dat het altijd beter en leuker kan.Als trainer medezeggenschap help ik starters, zzp'ers, professionals om te betekenisvol en met impact op te treden.In trainingen zet ik ervaren en oefenen centraal. Door korte denkopdrachten, smoezen in duo's, rollenspellen, door storytelling, presentaties en pitches moet wat je wilt leren 'actionable' worden.http://www.arjanbroere.com

maandag 22 augustus 2011

Cosinus Phi

Cos phi verbetering (compensatie blindstroom)
Janitza is een belangrijke speler op het gebied van cos-phi compensatie en het filteren van hogere harmonischen. In alle regelbare cos-phi compensatiebanken is de prophi regelaar van Janitza ingebouwd. Een zeer intelligente regelaar die door de slimme software minder schakelhandelingen uitvoert en “vooruit kan denken”. Hierdoor wordt de levensduur van de compensatiebank verlengd.
Dit zijn genoeg redenen om bij het fenomeen blindvermogen stil te staan.



Wat is blindvermogen?
Het doel van het elektriciteitsnet is het transporteren van energie van de bron naar de verbruiker. De energie bestaat uit actieve (Pw) en reactieve (Pb) energie. De actieve energie wordt omgezet en mechanische energie (motor), licht (lamp) of thermische energie (warmte of koeling). Reactieve energie wordt gebruikt om het magnetisme in stand te houden van transformatoren, voorschakelapparatuur en gasontladingslampen. Hierdoor zijn stroom en spanning niet in fase. Bij een inductieve belasting “ijlt” de stroom na op de spanning. De mate waarin de stroom na-ijlt op de spanning geven we aan met phi, of de letter φ. Het is de hoek tussen spanning en stroom.




 faseverschuiving spanning-stroom


























Daarnaast kan in sommige gevallen blindvermogen ontstaan door netvervuiling (harmonischen).

Blindvermogen door inductie (magnetisme)
Het doel van het elektriciteitsnet is het transporteren van energie van de bron naar de verbruiker. De energie bestaat uit actieve (Pw) en reactieve (Pb) energie. De actieve energie wordt omgezet en mechanische energie (motor), licht (lamp) of thermische energie (warmte of koeling). Reactieve energie wordt gebruikt om het magnetisme in stand te houden van transformatoren, voorschakelapparatuur en gasontladingslampen. Hierdoor zijn stroom en spanning niet in fase. Bij een inductieve belasting "ijlt" de stroom na op de spanning. De mate waarin de stroom na-ijlt op de spanning geven we aan met phi, of de letter φ. Het is de hoek tussen spanning en stroom.

figuur compensatie blindvermogen 1
 





















De verhouding tussen werkelijk en schijnbaar vermogen is de arbeidsfactor of cosinus phi (cosφ). De arbeidsfactor wordt als volgt berekend:

Arbeidsfactor = Pw / Ps = cosφ (bij 50Hz)

Blindvermogen opgewekt door harmonischen
Door een veranderend gedrag van het net bij hogere frequenties kan het zijn dat het net meer blindvermogen genereert naarmate er meer hogere harmonischen in het net zitten.
De cosinus phi is de hoek tussen het werkelijk vermogen en het blind vermogen bij 50Hz. De arbeidsfactor is de som van de cosinus phi van een bepaald bereik aan harmonischen. Door de harmonische vervuiling wordt de arbeidsfactor lager dan de cosinus phi bij 50Hz.
In de meeste gevallen wordt het grootste deel van het blindvermogen opgewerkt door de slechte cosinus phi. Het is dus zaak om eerst hier verbetering in aan te brengen.

Consequenties van een slechte cosinus φ
  • Overbelasting en oververhitting van de elektrische installatie
  • hogere aansluitwaarde bij netbeheerder dan noodzakelijk
  • Procentuele belasting per ruimte, rack of circuit
  • Het onbedoeld uitschakelen van installatie automaten en dus processen
  • Een boete van het energiebedrijf en een hogere energierekening dan nodig
  • Een hoge energierekening

Het verbeteren van de cos-phi, of het reduceren van de blindstroom, is al snel zinvol. Daarnaast heeft het compenseren van de cos-phi een aantal positieve bijverschijnselen zoals:
  • Opvangen van korte onderbrekingen en transienten wat bedrijfszekerheid verhoogd
  • Hogere aansluitwaarde bij netbeheerder dan noodzakelijk
  • Compensatie van sterk wisselende belastingen in korte tijd
  • Filteren van harmonischen
  • Een sterke reductie van de CO2 uitstoot

Waar compenseren?
Decentraal compenseren (dus installatie van de cos-phi compensatie bij de belasting) wordt in het algemeen aangeraden bij verbruikers met een individuele belasting van meer van 25kW die bijna altijd in bedrijf zijn zoals grote ventilatoren, hamermolens en transformatoren met een relatief stabiele belasting.

Centraal compenseren (dus installatie van de compensatie bij de hoofdverdeler) wordt aangeraden bij een wisselende belasting. Er wordt dan bijna altijd gekozen voor een automatisch geregelde compensatiebank.

centraal-decentraal compenseren























Decentraal versus centraal compenseren

Typen compensatiebanken
Wij adviseren in standaard situaties altijd verstemde compensatiebanken te gebruiken. Deze compensatiebanken filteren harmonischen en beschermen het TF signaal van het energiebedrijf tegen kortsluiting.
1. Niet geregelde, verstemde compensatiebank (met spoelen)
Een niet geregelde, verstemde compensatiebank wordt vaak gebruikt bij motoren met een relatief hoog vermogen en nettransformatoren, met een relatief stabiele belasting.
2. Geregelde compensatiebank met verstemming
Een geregelde compensatiebank met verstemming adviseren wij bij situaties waarbij centraal wordt gecompenseerd en de belasting kan wisselen. De capaciteit van een geregelde compensatiebank wordt met behulp van de Janitza Prophi regelaar precies afgestemd op de hoeveelheid benodigde compensatie capaciteit. Op deze manier wordt overcompenseren voorkomen en is de set universeel toepasbaar.
3. De thyristor geregelde compensatiebank met verstemming
De thyristor geregelde compensatiebanken worden gebruikt in situaties waarbij de belasting snel wisselt zoals lasstraten, lift-systemen, kranen en spuitgietmachines. De thyristoren schakelen snel en precies op de nuldoorgang van de stroom. Hierdoor wordt de belasting snel en precies gevolgd waardoor onder- of overcompensatie wordt voorkomen.


janitza_picture_verdrosseljanitza_picture_kb6124_06janitza_picture_dynamisch


Verstemde compensatiebank zonder regelingVerstemde compensatiebank met regelingVerstemde compensatiebank met thyristor regeling


Acht vragen om te komen tot een goede cos-phi compensatie
Met cos-phi compensatie kunt u veel kosten besparen, maar het niet juist toepassen van deze compensatie kan leiden tot problemen zoals over- of ondercompensatie, problemen met het energiebedrijf of overbelasting, schade of zelfs brand. Daarom willen wij u voorzien van een goed advies.


Daarom is het verstandig antwoord te generen op de volgende 8 vragen:


1. In wat voor omgeving wordt de compensatie toegepast?
    a. Industrie / kantoor / schone procesindustrie
2. Is er plaats om de compensatie weg te zetten?
    a. De fysieke ruimte voor plaatsing van de compensatie
    b. Vocht en vuil is slecht voor de compensatie
    c. De ruimte mag niet te warm worden
3. Is er ruimte op de verdeler om de compensatie aan te sluiten?
    a. Voor de aansluiting van de compensatie zijn 3 fasen en een aarde nodig.
    b. Denk om de juiste toepassing van afzekerwaardes en kabeldoorsnedes van de compensatie.
    Download hier de tabel voor afzekerwaardes en kabeldoorsnedes.
4. Wat voor transformator staat er waarop gecompenseerd moet worden?
    a. Hoeveel kVA is de transformator
    b. Wat is de kortsluitspanning van de transformator (in % op typeplaatje)
    c. Staan er transformatoren parallel?
5. Wat voor belasting zit er op de te compenseren installatie?
    a. Snel wisselende belastingen? (puntlasmachine, kraan), dan thyristor geregelde compensatie.
    b. Veel netvervuiling? (freq. regelaars, schakelende voeding etc. las apparatuur)
6. Wat is de frequentie van het aanwezige toonfrequent signaal?
    a. Hoeveel Hz is het TF signaal. Uw netbeheerder weet hier antwoord op.
7. Is de regelaar eenvoudig aan te sluiten?
    a. Voor de Janitza regelaar is 1 stroomtransfomator nodig. Mag en kan deze worden gebruikt?
    b. Is de stroomtransformator kort te sluiten?
    c. Is er een veilige meetspanning aanwezig?
8. Hoe groot moet de capaciteit zijn van de condensatorbank?
   a. Maak gebruik van het forTop calculatieblad. Download hier de tabel.

Bron: http://www.4top.nl/nl/oplossingen/energietechniek/cos-phi-verbetering